Hopklaver
|
Medicago lupulina
|


Bloemhoofdjes van Hopklaver tellen gewoonlijk dertig tot veertig gele bloempjes. Let op de kenmerkende punt aan de top van het blad.
Hopklaver
Medicago lupulina
Hopklaver (Medicago lupulina) is een in Nederland algemene één- of tweejarige plant. Zij houdt van zon en van enigszins droge, voedselrijke grond. De soort is te vinden in onder meer grasland, langs wegen en dijken en tussen straatstenen. Hopklaver wordt tot een halve meter hoog en bloeit van april tot en met september. De bolvormige bloemtrosjes tellen gewoonlijk dertig tot veertig gele bloempjes, die elk tot 3 millimeter groot zijn. Kenmerkend zijn de niervormige, geleidelijk zwart wordende peulen die na de bloei verschijnen, met elk één zaadje. Over het blad van de plant hangt een blauwgroenige waas. De drietallige bladeren zijn licht getand en hebben aan de top een kleine punt, dit in tegenstelling tot de sterk gelijkende Kleine klaver. Een ander verschilpunt met Kleine klaver vormen de vierkante in plaats van ronde stengels. Hopklaver wordt gerekend tot de Vlinderbloemenfamilie (Fabaceae).
|
|


Hopklaver kan een halve meter hoog worden, maar blijft vaak laag bij de grond.


De niervormige peulen zijn kenmerkend voor Hopklaver.
Copyright tekst en foto's: Kijken in de Natuur Website. Niet gebruiken zonder toestemming.

|