Groene knolamaniet
|
Amanita phalloides
|
Het hoedoppervlak van de Groene knolamaniet heeft fijne, radiair gerangschikte vezels.
Groene knolamaniet
Amanita phalloides
Groene knolamaniet is een in Nederland vrij algemene paddenstoelensoort. De vruchtlichamen zijn aanwezig van juli tot en met oktober. Ze zijn te vinden in loofbos, parken, wegbermen en tuinen, vooral bij eiken en op voedselrijke grond. De hoed is eerst bolvormig, later uitgespreid tot vlak. De diameter is tot 12 centimeter en het oppervlak heeft fijne, radiair gerangschikte vezels. De kleur is geelgroen tot olijfgroen, maar kan ook wit zijn. In tegenstelling tot bij diverse andere amanietensoorten zitten er op de hoed meestal geen velumresten ('witte stippen'). De steel wordt tot 10 centimeter hoog en is voorzien van een neerhangende witte ring, die aan de bovenzijde geribd is. De kleur is wit of groenig en er zijn vaak gordels van witte schubjes. De steel is onderaan knolachtig verdikt en groeit vanuit een beurs. De lamellen zijn wit, bevinden zich dicht op elkaar en staan los van de steel. De paddenstoel verspreidt een zoetige geur. Groene knolamaniet behoort tot de allergiftigste paddenstoelen ter wereld. Vergiftiging leidt tot aantasting van nieren en lever en een gruwelijke doodstrijd. De Engelse naam is 'death cap' of 'death angel'.
|
|
Bij dit groepje Groene knolamanieten zijn de knollen duidelijke zichtbaar.
De lamellen zijn wit en staan dicht op elkaar. Ze staan los van de steel.
De hoeden zijn aanvankelijk bolvormig, later worden ze uitgespreid tot vlak.
Copyright tekst en foto's: Kijken in de Natuur Website. Niet gebruiken zonder toestemming.
|