|
Gewone engelwortel
|
Angelica sylvestris
|
Gewone engelwortel is een forse plant, die manshoog kan worden.
Gewone engelwortel
Angelica sylvestris
Gewone engelwortel (Angelica sylvestris) is een in Nederland algemene twee- of meerjarige plantensoort. Zij houdt van zon of lichte schaduw en van een natte, vrij voedselrijke bodem. De soort is te vinden langs oevers, in bermen en moerassen en langs bosranden. Gewone engelwortel kan zo'n 2 meter hoog worden en bloeit in juli, augustus en september. De witte of roze gekleurde bloempjes zijn 2 millimeter in doorsnede en staan in bolletjes die deel uitmaken van schermen met zo'n twintig tot dertig stralen. Na de bloei vormen zich eivormige vruchten van een halve centimeter groot en voorzien van vleugels. Bladeren zijn twee of drie keer geveerd en hebben langwerpige deelbladen met een scherpe zaagrand. Rozetbladeren hebben een gootvormige bladsteel, waarmee de plant zich onderscheidt van de Grote engelwortel. Bladeren bovenaan fungeren als scheden voor de beginnende bloeiwijze. De vrijwel kale, gegroefde stengels zijn rond en hol, en paarsachtig van kleur. Gewone engelwortel wordt gerekend tot de Schermbloemenfamilie (Apiaceae).
|
|
De bloempjes zijn maar 2 millimeter in doorsnede. Soms zijn de bloemen roze gekleurd.
De bloempjes vormen samen bolletjes.
Blad is regelmatiger van vorm dan bij Grote engelwortel.
Copyright tekst en foto's: Kijken in de Natuur Website.
Niet gebruiken zonder toestemming.
|
